Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [61]Ik heb u een strik gesteld, dies zijt gij ook [62]gevangen, o Babel! [63]dat gij het niet wist; gij zijt [64]gevonden, en ook gegrepen, omdat gij u tegen den HEERE [65][in strijd] gemengd hebt. 61. Dit is Gods antwoord op de voorgaande vraag, die voortkwam uit verwondering over ene zaak, die den mensen onmogelijk scheen te zijn. 62. Als een groot wild. 63. Dit is onvoorziens, zonder dat gij het dacht of verwachttet, want Cyrus, de rivier de Eufraat afgeleid hebbende over het droge, is onvoorziens in de stad gevallen, bij nacht. Vergelijk onder vs.38; Dan.5:30. 64. Dat is, betrapt, achterhaald; vergelijk boven hfdst.2 vs.26. 65. Dat is, tegen God gestreden hebt, wiens volk gij geplaagd hebt. De manier van spreken wordt alzo vol gevonden Deut.2:9,24, enz.